Hij is gaan vliegen al mee de wind

walter de buck, gent, gentenaar, sint-jacobs, eerbetoon

Voorspelbaar maar wel met pijn in ons hart nemen we afscheid van Walter De Buck. 21 december 2014 was een bijzondere koude winterdag. We verloren een icoon.

Walter De Buck was één van de drie W’s, samen met Wannes Van de Velde en Willem Vermandere. In het Gents, het Antwerps en het West-Vlaams hebben ze de Vlaamse folk op de kaart gezet. Wannes en Willem waren vaak en graag geziene gasten op het podium bij Sint-Jacobs. Het zou trouwens Wannes Van de Velde zijn die samen met Walter De Buck de vergeten liederenschat van Karel Waeri nieuw leven inblies. Al in 1970 -het prille begin van de hernieuwde Gentse feesten- organiseerden ze samen een Karel Waeri-avond. “Zijde gij kwoad op mij, ge zij gij toch mijn loetse, ja mijn loetse dat zijde gij.”

Voor mijzelf en ontelbare anderen zijn de Gentse Feesten een onmisbaar stukje van onze coming of age. Samen naar Sint-Jacobs en later ook naar de andere Gentse pleinen. Samen met vrienden en vriendinnen genieten van het feest, de muziek, de speciale sfeer. Voor Gentenaars zijn die Gentsche Fiesten echt wel bijzonder, moeilijk uit te leggen aan niet-Gentenaars. En op de soundtrack van al die Gentse Feesten: de liedjes van Walter De Buck, zijn geheel eigen stemgeluid, zijn muzikanten op accordeon en viool. “Ach Rosalie, ach Rosalie, ach Rosalie mijnen bon amie”. “Mee koevoet es beter dan boelie, maar madame de predikant heeft liever nen end saucie.”

Walter De Buck legde zich vooral toe op zijn beeldhouwwerk (zijn eerste werk toonde hij trouwens al op Expo 58); met Loods 13 verzamelde hij een groep beeldhouwers rond zich, een project met een sterke sociale inslag.

Walter De Buck heeft een bijzondere erfgenaam: Wim Claeys is zijn opvolger zoals onze burgemeester Daniël Termont zegt. Wim Claeys vindt ‘k’zou zo gere willen leven’ zo goed dat het mag concurreren met de Europese hymne.

Ziek als hij was, wou Walter De Buck toch nog één keer de Gentse Feesten bij Sint-Jacobs openen. En zo gebeurde. In zijn lied ‘k Ben al zo lang op weg geweest zingt hij: “En als mijn lied u nie bevalt, ge moet er nie naar horen. De wereld die is groot genoeg, ‘k kan der mij nie aan storen. Als iedereen zijn liedje zingt, dat ware toch wreed schone. Gelijk vogels al in een boom, in alle mogelijke tonen”.

Vaar wel op je Gentse barge waar je mee zorgde voor de ornamenten. K’zal u ontauwe mijn leven lank. Walter de Buck: Hij is gaan vliegen al mee de wind.

pierre

In dit artikel: , , , , , , , , , , , , , , café